Over leven en overleven

21 september 2023, Audresselles. De weerkundige herfst begint. Mijn werk op de camping is voorbij. Zacht maar zeker sla ik de pagina om, samen met het einde van de zomer. Zzzoep. Eerlijk gezegd kom ik een beetje gehavend uit dat avontuur. Het is nog pril, maar nu het achter me ligt, kan ik er vanop een afstandje naar kijken en invoelen waarom het zo vermoeiend is geweest. Enerzijds waren er natuurlijk de lange dagen en het heftige ritme van een seizoensarbeid. Voor een zachte ziel als ik was het geen rustig kabbelen, maar heel de tijd in 5e versnelling staan in een strak uurrooster. Soms is het goed om nog eens te ervaren wat niet bij jou past, om des te beter te weten wat je wél nodig hebt.

Anderzijds was er natuurlijk de plek zelf. Zoals gewoonlijk ben ik een beetje naïef en met een grote openheid en enthousiasme in het verhaal gesprongen. Hopend op een fijne flow, een paar creatieve projecten en vooral, een heel warme en liefdevolle setting. Zo midden in de natuur, waar mensen zacht op vakantie kunnen komen. Nou, de werkelijkheid was lichtjes anders. Ik zie nu pas duidelijk hoe heel de camping nog in een overlevingsfase zit. De nieuwe eigenaars hebben ze met veel goede wil overgenomen. Maar in realiteit zijn de voorzieningen oud/defect, is er veel geld nodig om alles te renoveren en veel te weinig personeel om de boel goed te runnen. Resultaat: veel stress, weinig zorg, geen gedragenheid of team, veel (kop)zorgen, geen rust. 

Ik sprak erover met een vriend, en hij zei me: “Maar natuurlijk. Als er alleen maar overleven is, is er geen basis. Dan kan niets ontkiemen en is er geen ruimte voor creatie of diepe verbinding.” Zo’n overlevingsfase vind je natuurlijk wel meer aan de start van een nieuw project. Niets ligt kant en klaar op jou te wachten. Het is zoals brakke grond. Maar het is wel belangrijk om die fase te zien, haar kenmerken goed te begrijpen en te voelen wat er nodig is om te beginnen zaaien, planten en groeien. Dat kan je dus letterlijk nemen, in je tuin of bij een nieuw project. Maar ook in jezelf.

Kenmerken van overleven

Heel wat mensen blijven, zonder het te weten, heel in hun leven in een overlevingsfase zitten. Of ze weten het wel, maar ze hebben geen flauw idee hoe de switch te maken naar léven. In de tijd van mijn grootouders waren het ganse generaties die in overlevingsmodus zaten. Als je elke dag moet knokken (lees: heel hard werken) om in je basisbehoeften te voorzien, is er geen ruimte voor iets anders. Daar komen we van. En dat is dus echt nog niet zo lang geleden. Omdat er nu meer ademruimte en comfort is, kunnen we op materieel vlak al meer beginnen ‘leven’: we kunnen op reis gaan, sparen om iets leuks te kopen, van job veranderen, een hobby uitoefenen, enz. Maar op emotioneel vlak, aan onze binnenkant, is er nog heel veel ‘overleven’. En nu ik het schrijf, besef ik de logica van de volgorde… 

Wat zijn kenmerken van overleven ?

  • Angst: gevoelens van tekort, niet genoeg hebben/zijn, de maatschappij/een ander laten beslissen voor jou, geen contact met je intuïtie hebben,...
  • Chronische stress: continu gespannen zijn, nooit helemaal in rust, je opgejaagd en geprikkeld voelen, nood aan hulpmiddelen om vol te houden/oppervlakkig te ontspannen,...
  • Wantrouwen: niet (meer) geloven, overal het slechte in zien, doemdenken,...
  • Klein maken: jezelf onderschatten, gebukt gaan onder regels/systemen/oordelen van anderen, té braaf zijn,...

Let op, we lopen allemaal relatief dikwijls tegen één van deze emoties of gevoelstoestanden aan. Maar het is een groot verschil als je er te lang in blijft hangen en je je ermee identificeert als persoon. Alles mag door jou stromen, zolang je het maar niet ‘wordt’. Net door één of meerdere kenmerken van emotioneel overleven te worden, weerhoud je jezelf ervan om écht te leven…

Kenmerken van leven

Leven is misschien wel het moeilijkste dat er bestaat. Echt leven dan. Voluit. Onbevreesd. Verbonden. En dat moet niet altijd met het meest uitbundige enthousiasme of de grootste verwezenlijkingen gepaard gaan. Vanbinnen die instelling aannemen, met de intentie om ze elke dag te doen groeien, is het moedigste wat een mens kan doen. Het is ongelofelijk hoe veel van onze keuzes gebaseerd zijn op angst en behoud van controle. Wat zit daaronder? Soms beseffen we ook niet meteen dat een bepaalde keuze ons jarenlang heeft beïnvloed of vastgezet. Een goeie maatstaf is om na te gaan of je blij bent. Of je kan genieten. Of er genoeg energie is. En of je voldoende dankbaarheid, vreugde en vertrouwen kan voelen. 

Wat zijn kenmerken van leven?

  • Openheid: je staat open voor wat er in en rond jou gebeurt, je bent ontvankelijk voor en nieuwsgierig naar de situaties/ervaringen op je pad, je voelt vreugde en ontspanning in je dagelijks leven,...
  • Vertrouwen: je gelooft in het moment, je durft te bewegen doorheen het leven en de moeilijke lessen die het brengt, je vertrouwt op je keuzes en intuïtie, je zet de intenties die voor jou belangrijk zijn,... 
  • Zelfbewustzijn: je kent jezelf, je bent je bewust van je kwaliteiten/valkuilen, je durft je plaats innemen, je kiest jouw waarden en kan je grenzen aangeven, je bent goed zoals je bent,...
  • Liefde: je bent in verbinding met je hart, je voelt liefde voor jezelf en het leven, je kan kijken met ogen van mededogen, je hoeft je niet (meer) te bewijzen, je voelt dankbaarheid en schoonheid,...

Veel mensen zijn in de buitenwereld op zoek naar geluk en een bepaalde vorm van betekenis. En hoewel ervaringen en verwezenlijkingen in het leven daar natuurlijk toe bijdragen, vind je heel veel ware levensvervulling ook gewoon binnen in jezelf. Net door die kenmerken van leven te cultiveren. Door stil te worden en te observeren wat door jou stroomt. En door, indien nodig, je intenties te herschrijven. 

En jij?

Wat kan je doen, wanneer je voelt dat een groot deel van je gedachten bepaald wordt door angst? Wanneer je perceptie beheerst wordt door wantrouwen en je meer stress ervaart dan gezond? We leven natuurlijk in een maatschappij die daar collectief toe bijdraagt. Dus verwijt jezelf niets. Bewustwording is een eerste stap. En dan beseffen dat je een keuze hebt. Dat je je gedachten kan oefenen. Van angst naar vertrouwen. Van spanning naar ontspanning. Je kan je bijvoorbeeld de vraag stellen: “Als ik nu vanuit vertrouwen naar dit moment of deze situatie zou kijken, welke gedachte kan ik dan formuleren?” Het is echt een letterlijk herschrijven, soms tegen de bestaande orde in. Maar je mag kiezen. Want het doel is dat jij je beter voelt. Dat je blij bent. Dat je mag léven in plaats van overleven.

Niet is natuurlijk zwart of wit. Niet is ofwel leven ofwel overleven. In een fase van overleven kan je misschien toch een glimp van léven opvangen. Zoals een paar bijzondere mensen die ik op de camping heb mogen ontmoeten. En vanuit de stroom van léven worden we ook weer opnieuw in heel donkere of uitdagende periodes (met momenten) van overleven gekatapulteerd. Om ervan te leren, te groeien en er weer krachtiger uit te komen. Het is een dans. Een eeuwige dans. Ik groet de camping vanuit mijn hart. Ik wens haar een prachtige tango toe.

Ps. Heb je na het leven van deze blog behoefte aan een gesprek? Aarzel niet om mij te contacteren.


Wij, makers van het nieuwe

Ik woon in een dorp met zo’n 150 inwoners. Het dorp bestaat grof gesteld uit twee kampen: mensen die voor en mensen die tegen de burgemeester zijn. Het verhaal gaat over twee familieclans die al jaren met elkaar in de clinch liggen. Het begon, voor zover ik weet, met een conflict tussen de grootvader van de burgemeester en de grootvader van zijn opposant. Maar misschien gaat het nog wel verder terug dan dat. Het ging onder meer over het stelen van terrein en het doden van vee, en waarschijnlijk ook nog over een heleboel andere dingen. 

Gezien het dorp zo klein is, is de meeste grond in handen van de twee families gebleven. Veel van hun kinderen en kleinkinderen wonen hier nog steeds. En de wonden werden overgedragen. Ze zitten nog steeds elk in hun kamp. Als kleinzoon of achterkleinzoon. Niet in de mogelijkheid om met elkaar te praten, laat staan elkaar aan te kijken. Ik vraag me af of ze nog wel weten waarover het precies gaat. Feit is dat pijn die niet gezien of erkend wordt, groter wordt. En groter. Tot er gigantische muren ontstaan, die niet meer te slopen lijken…

Onze omgang met pijn is abominabel. Ons hart gaat dicht. Als eerste reactie gebeurt het automatisch. Gekwetst worden (in welke vorm dan ook) IS nu eenmaal pijnlijk en dat hoeft niet gerelativeerd te worden. Pijn is pijn en dat kan heel diep gaan. Wat ontbreekt, is wat we er daarna mee DOEN. Veel mensen weten niet hoe, want ze hebben het nooit geleerd. De pijn observeren, er vragen rond stellen, de situatie analyseren... Het zijn nieuwe vaardigheden, die nu pas hun ingang beginnen vinden. Gedurende eeuwen deden we niks met pijn. Het is absoluut een grote (emotionele) handicap. En dus zien we wat we vandaag zien: een groot, collectief, gapend gat met veel (onverwerkte) pijn, woede, haat, afgunst en angst. 

Wij maken het ‘nieuwe’

Het verleden kunnen we niet veranderen. De toekomst wel. Communicatie en emotionele ontwikkeling zijn, zoals ik dikwijls herhaal, thema’s waar pas in de laatste decennia meer bewustzijn over ontwikkeld is. Nu dat in sneltempo groeit (en dat zie je wel in de mainstream media), kunnen wij er als mens voor kiezen om verandering te belichamen. De nood is hoog. De wereld barst uit haar voegen, en velen beseffen ondertussen dat heel wat ‘oude’ reacties of manieren van aanpakken niet meer stroken met wat we écht nodig hebben. Maar iets nieuws in de plaats stellen is niet zo eenvoudig. Oude systemen en (religieuze) instituties hebben de mens vooral geleerd om zich onderdanig op te stellen en te wachten tot de verandering van buitenaf komt. Dat alleen vraagt al om een mentaliteitswijziging (en een nieuw geloof): wij maken het ‘nieuwe’ (hoe elk van ons wil dat de wereld eruit ziet) zelf. Verandering komt van binnenuit. En dat begint met heel kleine stapjes.

Inzicht in pijn

We worden allemaal gekwetst. We hebben allemaal onze blessures. Misschien werd je als kind al op heel jonge leeftijd niet gezien, verwaarloosd of mishandeld. Misschien voelde je je gewoon niet graag gezien, of maakte je iets mee op school of in je omgeving dat een grote impact op je had. Jouw ouders ongetwijfeld ook. Jouw grootouders ook. Enzovoort. Je kan stellen dat de dynamieken van tekort, verwaarlozing (in welke vorm dan ook), en een gebrek aan liefde en veiligheid in vele families aanwezig waren/zijn. Er is heel veel dat niet gezien, gehoord en erkend werd, door de eeuwen heen.

Veel van onze (groot)ouders en voorouders hebben niet eens woorden (gehad) om uit te leggen wat hen is overkomen (en dus zochten ze andere manieren om ermee om te gaan). Het is een probleem van generaties (en zoals ik eerder schreef: we weten nu vanuit de wetenschap dat wonden overgedragen worden binnen een familiesysteem - voor mij vallen bepaalde patronen en dynamieken daar ook onder). Het is niet de bedoeling om alles in te halen wat onze (voor)ouders gemist hebben. Het is wel de bedoeling om daar vandaag bewust van te zijn én met de kennis die we hebben, de eigenschappen in onszelf te ontwikkelen die we niet meegekregen hebben. Zoals zelfzorg, zachtheid, omgaan met emoties, geweldloos communiceren. En liefde. Vooral heel veel liefde.

Is dat eenvoudig? Nee. Het is een groot (maar veel minder zichtbaar) werk. Is het mogelijk? Absoluut. Het is zelfs een evolutie die niet tegen te houden is. We zitten er middenin. Daarom stormt het.

Van oud naar nieuw

Even samenvatten. Wat doen/deden we vanuit een ‘oude’ reactie op pijn (interpreteer het begrip hier maar zoals je wil)?  

  • We willen het niet voelen, steken het weg. Het enige probleem is dat het niet écht weg is…
  • We treden in conflict. Dat kan kleine vormen aannemen zoals verwijten of beledigingen (ook heel subtiel, ga maar eens na voor jezelf), pesten of negeren. Maar ook heel grote, zoals oorlog, afpersing, geweld en manipulatie (afhankelijk van hoeveel geld en/of macht je hebt, denk ik dan)
  • We kunnen de verschillen(de mening) van een ander niet respecteren. 
  • We veroordelen iemand niet alleen op zijn gedrag, maar in zijn geheel als persoon.

Wat kunnen we doen als ‘nieuwe’ reactie op pijn? 

  • Zelfreflectie. Vragen als ‘Vanwaar komt deze pijn?’, ‘Wat wil deze pijn mij vertellen?’, ‘Hoort deze pijn bij mij of bij de ander?’, kunnen al nieuwe inzichten brengen.
  • Mededogen. Zowel voor onszelf als voor de ander. Pijn die we voelen, wijst meestal op dingen waaraan we een tekort hebben gehad. Het kan in onszelf hevige reacties uitlokken, en dus evenzeer in de ander. Elke pijl (of het nu een verwijten is of een letterlijke vuistslag) die wordt afgevuurd, kan je eigenlijk letterlijk terugsturen naar de afzender. Jezelf incluis.
  • Communicatie. Leren communiceren over wat ons gekwetst heeft, is zowat het moeilijkste dat er bestaat. Het vraagt in eerste instantie al om een veilige ruimte én de bereidheid van beide partijen om te luisteren. Pijn kan niet geheeld worden zonder dat er erkenning aan gegeven werd. Bij personen die er niet meer zijn (of die er wel nog zijn, maar niet bereikbaar) kan je dat energetisch/symbolisch nog steeds doen. De kunst is dat jouw pijn bestaansrecht krijgt, en dat je ermee kan beginnen ‘werken’ in plaats van ze lijdzaam te moeten ondergaan.
  • Vergeving. Een moeilijk en beladen woord. Voor mij betekent vergeven niet vergeten. Voor mij betekent vergeven ook niet ‘vrienden worden’. Voor mij betekent het wel ‘diep vanbinnen begrip en betekenis vinden in het gedrag dat heeft plaatsgevonden en daar met mildheid naar leren kijken’. Ik benadruk nog eens het verschil tussen de persoon en zijn/haar gedrag. Het zijn echt twee verschillende dingen…

Weerstand

Ruimte schenken aan pijn is niet eenvoudig. Het overzicht van hierboven kan simplistisch lijken. Het is ook veel sneller geschreven dan uitgevoerd. I know. Maar ik weet aan den lijve hoe diep pijn kan snijden. Jarenlang. Er zijn genoeg voorbeelden (uit onze eigen levens of die van anderen) van hoe pijn alles heeft verscheurd en levens heeft verwoest. Je kán en mag daar nooit snel overgaan. Wondermiddelen om pijn weg te nemen zijn er niet. Maar er zijn wel meer en meer moedige makers van het nieuwe.

Ik denk aan Holocaust-overlevers die hebben leren vergeven (deze TED-talk bijvoorbeeld). Ik denk aan mijn jaren als slachtoffer-daderbemiddelaar, waar nabestaanden in gesprek gingen met de persoon die het leven had benomen van hun dierbare. Waar een dader in de ogen keek van het slachtoffer die hij tijdens een vechtpartij voor het leven had verminkt. Waar een politiecommandant aan ouders vertelt waarom hij op een bepaalde manier heeft gehandeld de nacht dat hun zoon werd mishandeld. Enzovoort. Die gesprekken nemen de pijn niet weg, maar ze scheppen wel ruimte. En met een beetje geluk, kan die ruimte weer wat meer inzicht en zachtheid ademen in iemands leven. In iemands pijn.

Nee, niet iedereen is bij machte tot zelfinzicht of emotioneel bewustzijn in dit leven. Daar zijn oók genoeg voorbeelden van. Soms zullen daar meerdere generaties over gaan. Maar we gebruiken dat ‘individueel fatalistisch’ argument te veel om ons ervan te weerhouden toch in de ander te geloven. Met de bijna 8 miljard mensen die we op aarde zijn, ben ik ervan overtuigd dat de meerderheid ‘open’ is en in de mogelijkheid om te groeien als mens. Als we dat met z’n ‘velen’ nog maar een beetje proberen, elk met zijn mini bescheiden bijdrage (en inclusief massa’s vallen en opstaan), dan zorgen we er nog steeds voor dat de wereld erop vooruit gaat. Hoe traag het ook mag lijken.

De volgende generaties zullen het werk verderzetten als wij er niet meer zijn. En zo zal geschieden.

Liefs,


How are you, really ?

Wie mij kent, weet dat ik al heel wat verschillende jobs heb gedaan. Dit seizoen werk ik op een camping, op 5 minuten fietsen van ons huis: Domaine d’Haulmé. Ik coördineer de receptie, stuur een deel van de equipe aan en zorg in de rustige uurtjes voor de vertaling van de website. Het is tot nog toe een helse rit geweest. Er zijn zoveel onderschatte beroepen ! Het vraagt best wat om telkens open te blijven, te vertrouwen op mezelf te midden van het stevige ritme, en te weten dat net daar heel wat groei en betekenis in ligt.

Deze week kwam een van onze poetsdames stilletjes binnen. Zoals gewoonlijk, want ze is heel timide, maar ik zag aan haar ogen dat ze gehuild had. Twee uur later komt haar collega met haar terug en vraagt om even apart te zitten. Bleek dat C.’s grootvader die nacht was overleden. Ze had niets durven zeggen. Maar haar lichaam toonde wat ze niet over haar lippen kreeg. Het deed me nadenken. Wat maakt dat iemand niet kan spreken? Overkomt het jou ook wel eens? Vaak is er angst. Voor teleurstelling, boosheid van anderen, onbegrip, hier misschien ook voor verlies van werk. Daarnaast weten we soms ook niet goed hoe we iets moeten vertellen, zeker wanneer we ons kwetsbaar voelen. Waar beginnen we? Mag ons verhaal er zijn? Wat als de tranen komen? Het vraagt veel vertrouwen. En moed. Moed. En vertrouwen. Hoe kunnen we elkaar helpen om hierin te groeien?

Het échte luisteren

Wanneer je aan iemand vraagt ‘Hoe gaat het’, wil je dan écht weten hoe het gaat? Verwacht je de gewone ‘ça va’ of kan je tijd nemen om een vraag bij te stellen? Over hoe het nu echt is in dat kersverse gezinnetje, over hoe die nieuwe job aanvoelt, over hoe iemand verder leeft zonder die dierbare of na een andere pijnlijke gebeurtenis? Willen we dat weten? Ik denk op zich van wel, maar twee dingen ontbreken vaak: tijd en zelfzekerheid. Als je zelf niet voldoende tijd of energie hebt, is er ook minder (mentale) ruimte om uit te reiken naar iemand anders. Jammer genoeg is dat in onze maatschappij, waar de tijdsdruk zo hoog ligt, een gigantisch probleem. Het maakt dat nog nooit zoveel mensen letterlijk geïsoleerd zijn in een samenleving.

Daarnaast is het niet eenvoudig om de kwetsbaarheid van een ander te ontvangen, als je zelf niet in verbinding staat met je eigen kwetsbaarheid. Voor veel mensen is dit (nog) zo. Voor deze groep is het moeilijk om echt te begrijpen wat iemand voelt. Daarom veranderen ze snel van onderwerp of weten ze niet wat te antwoorden. Gelukkig zijn we allemaal voortdurend in beweging. Ieder groeit op zijn eigen tempo. Maar als je zelf nood hebt om te spreken, is het belangrijk om selectief te zijn. Je kan enkel beginnen vertellen als je weet dat er iemand is die écht kan luisteren. Misschien was die er niet voor C.?

Jezelf aanmoedigen

Naast een veilige gesprekspartner vinden, heb je ook zelf een stukje moed te overwinnen als je iets persoonlijks wil delen. Dikwijls liggen die drempels nog hoger. We zijn zo bang voor de reactie van de ander, en willen natuurlijk graag bij de groep (dewelke dat ook is, groot of klein) blijven horen. Zeker als het gaat over een boodschap in relatie met iemand anders, zijn we eerder geneigd om onze gevoelens in te slikken, omdat we denken dat die er niet mogen zijn. Op dat vlak hebben we qua communicatie echt wat in te halen.

Het is ook nog nieuw. Twee generaties geleden werd er (op enkele uitzonderingen na) niet over gevoelens gesproken. De maatschappij is ook vandaag nog niet erg ondersteunend hierin. We leren er niet over op school, en als mensen het publiekelijk doen (bv. in de media), wordt er zelden constructief op gereageerd. Dus ja, begin er maar aan. Toch is het zo noodzakelijk, als we in een maatschappij willen leven die meer vertrekt vanuit het hart dan vanuit het hoofd.

Samen op pad

Raap dus al je moed bijeen wanneer je voelt dat je iets wil delen. Over iets wat er gebeurd is in je leven, over hoe je je voelt op je werk of in een bepaalde relatie, over iets dat je heeft gekwetst, eender wat. Elke keer als iemand (respectvol) durft te delen, komt die authenticiteit meer en meer de wereld in, en kunnen anderen er ook van leren. Het is een groot werk. Het is ook allesbehalve gemakkelijk wanneer je je zelf heel erg kwetsbaar voelt. Maar toch hebben we het samen te doen. Het kan zo mooi zijn wanneer je boodschap plots écht binnenkomt bij iemand. Alleen maar omdat je vertelt dat je verdriet hebt, of je je erg bang of eenzaam voelt.

Voor velen is het leven niet gemakkelijk. We maken pijnlijke dingen mee. Alleen delen we die veel minder. Maar net zoals in alle vreugdevolle ervaringen, zijn we ook in de moeilijke momenten samen op pad. Vanuit mijn eigen ervaring blijft dat natuurlijk mijn dada. Ik heb het zelf dikwijls gemist om in de lange rouwperiodes mijn kwetsbaarheid te kunnen delen. Maar ik had ook soms de moed niet om het te doen. Dus ja, samen leren is beter dan alleen…

We stuurden C. naar huis. Dat wou ze ook. Bij haar familie zijn. Ik denk aan haar. Gisteren, op de dag van de begrafenis, stuurde ik haar een berichtje. Ze mocht er zijn, met al haar verdriet. Ze mag er zijn, morgen ook weer. Met haar tranen. Of haar glimlach. Misschien.


Wat is sterk ?

“Vroeger was ik sterk”, zei ze, “ik mis dat”. Ik vroeg haar wat ze bedoelde met ‘sterk’. “Dat ik geen pijn voelde”, antwoordde ze. Ik zei voorzichtig dat ik het sterker vind om te proberen naar je pijn te kijken en de confrontatie aan te gaan, in plaats van niets te voelen. “Maar eigenlijk wil ik die pijn niet voelen”, zei ze. En toen begreep ze ook waarom ze zo verlangde naar vroeger. 

We kunnen er ondertussen boeken over schrijven, over oude en nieuwe definities van ‘sterk’ en ‘zwak’. Dankzij het groeiend bewustzijn rond emotionele ontwikkeling, komt de oude invulling van ‘sterk’ (heel de tijd doorgaan, heel de tijd beschikbaar zijn, niet crashen, stabiel blijven, niet (te veel) huilen...) sterk (ha :)) onder druk te staan. En da’s maar goed ook. De oudere generaties hebben jammer genoeg niet veel anders gekend, maar de jongeren van vandaag brengen een nieuw bewustzijn binnen en bevrijden beetje bij beetje wat vroeger jarenlang onderdrukt en weggemoffeld werd. Niettemin worstelen we best nog wel met de stemmen die de ‘oude’ definitie poneren. Dat komt doordat we ons in een tijdperk tussen ‘oud’ en ‘nieuw’ bevinden. We voelen de nieuwe, zachtere en meer hartgedragen mentaliteit al, maar tegelijkertijd vraagt verandering in collectief bewustzijn (en in onszelf) heel veel tijd. Dus blijft het goed om hier en daar een duwtje in de rug te geven…

Licht op het oude

Het korte gesprek dat ik hierboven beschreef, had ik met een dokter bij wie ik op consultatie kwam. Een zachte(re), gevoelige ziel, die zich al jaren niet thuis voelt in het dikwijls harde(re) doktersmilieu. Toch is het zo belangrijk dat ook zij haar plek daarin heeft. Want elk beetje licht dat op oude, verharde structuren (gericht op competitie, macht, de ‘sterkste’ zijn) kan schijnen, zal uiteindelijk bewustzijn en verzachting brengen. “Op dat vlak ben je een pionier”, zei ik. Maar ik zag ook hoeveel ze geleden had onder de pesterijen, oordelen en eenzaamheid. Het is een levenskunst om in je kracht te blijven staan, te midden van mensen of omgevingen die jou niet ‘zien’. Dat kan alleen maar door jezelf op waarde te (leren) schatten. Door van binnenuit te beginnen voelen wie jij bent en wat je waard bent en zo zachtjes je behoefte aan erkenning los te maken van de buitenwereld en de mensen rondom jou. Zelfs al ben je ergens de vreemde eend in de bijt.

Eigen kracht vergaren: 4 oefenthema’s

Voor velen (ook ik) is het een hele opdracht om je eigen kracht en zelfwaarde te ontwikkelen (of is het herinneren?). Maar wel een hele waardevolle. Van wat ik zelf heb geleerd, kan ik alvast 4 thema’s meegeven die je (hopelijk) kunnen helpen om hiermee te oefenen.

  1. Verwachtingen: Heel veel van je zelfbeeld staat of valt met verwachtingen. In de eerste plaats degene die je over jezelf hebt, maar zeker ook de verwachtingen van anderen ten opzichte van jou. De invloed van onze ouders, vrienden, (school)omgeving en familie zorgen in onze jonge jaren voor een kader waaraan we denken te moeten voldoen. We denken dat graag gezien worden aan bepaalde voorwaarden vasthangt (zeker in onze maatschappij die gericht is op prestatie en beloning) en dat het onze schuld is wanneer we mensen teleurstellen of (in andermans ogen) niet goed genoeg zijn. Wanneer we volwassen worden is het een belangrijke oefening om die verwachtingen en overtuigingen opnieuw onder de loep te nemen en bij te stellen naar wat voor jou kloppend is. Alsof je een bol wol ontwart en je eigen kleur draad eruit haalt. En daar mag je dan ook voor gaan staan.

  1. Relaties: We groeien dankzij het contact en de relaties met anderen. De ander is onze spiegel. Door onze interactie kunnen we zien hoe we reageren en wat onze grenzen en behoeften zijn. Botsingen en conflicten, hoe pijnlijk ook, leveren meestal ook iets op over wat we belangrijk vinden. Boosheid gaat enerzijds over niet gehoord worden én tegelijkertijd over staan voor wie jij bent. Je hoeft niet met iedereen bevriend te zijn. Er mogen verschillen zijn. De kunst is om helder te krijgen hoe jij én de ander in het leven staan, en of die beide zienswijzen met elkaar te verzoenen zijn. Indien niet, is het ook niet zo erg om te besluiten dat een bepaalde relatie stopt (zelfs zonder ‘hard feelings’). Dan heeft ze haar functie gehad in het groeistukje dat het jou gebracht heeft (en misschien ook de ander, maar dat weet je niet altijd). Probeer nieuwsgierig te blijven naar waarom iemand jou triggert en wat dat zegt over jezelf. Uitklaren welk gedrag van jou is en welk gedrag van de ander, brengt heel wat rust en inzicht.

  1. Zelfliefde: Als mens maken we heel wat omzwervingen. Veel van onze (uiterlijke) zoektochten (en gedrag) zijn terug te leiden naar een verlangen naar (zelf)liefde. Het mooie en tegelijkertijd moeilijke is, dat liefde in onszelf te vinden is. Het is gemakkelijker om ze buiten ons te zoeken (of af te dwingen), maar het probleem is dat dat nooit solide of verankerd is. Daarnaast kan geen enkel ding, persoon of situatie de liefde invullen waar je naar verlangt. Leren om naar binnen te keren en in jezelf op zoek te gaan naar de oeverloze liefde in jouw hart (en de muurtjes die daar soms als oude beschermers voor staan), is een levenswerk op zich. Maar het maakt je wel veel minder afhankelijk van de buitenwereld, en tegelijk (beetje bij beetje) zachter voor en krachtiger in jezelf.

  1. Erbij horen: Als mens leven we in een spreidstand. Enerzijds willen we erbij horen (dat zit in onze genen, het maakt ons sterk(er) in onze overlevingskans), anderzijds is het belangrijk om onze eigen unieke koers te varen en onszelf niet te verloochenen. Een therapeute zei me ooit: “En wat als je nu eens tot geen enkele groep behoort?”. Ik vond het een boeiende vraag. Het haalde alleszins de druk van de ketel (en van een stukje eenzaamheid), en tegelijkertijd deed het me beseffen dat je altijd wel ergens toe behoort (zelf al is het de groep van mensen die hun plek niet vinden). Het belangrijkste is om jezelf niet onder druk te zetten. Als je je binnen een bepaalde kring (vrienden, familie, collega’s,...) niet (meer) goed voelt, is het soms beter om die achter te laten. Zodat je je op een nieuwe horizon kan richten en verder kan groeien in wie jij (aan het worden) bent. Loslaten is pijnlijk, maar dikwijls komt het jouw groei ten goede. Hoe meer je durft luisteren naar je intuïtie, hoe meer je leert vertrouwen dat jij er mag zijn zoals je bent.

Tot slot

Ik denk dat we heel ons leven onderweg zijn op het pad van (steeds meer) onszelf (durven) worden. Het is een weg die niet ‘af’ hoeft te zijn, en die mooi is op zich. Want elke keer als jij weer een stapje zet of een sprong durft te wagen, omdat je voelt dat het bij jou past of gewoon omdat je het wil proberen, komt er weer een stukje meer van jouw licht op deze wereld. En als we willen dat de wereld lichter wordt, kunnen we daar dus allemaal een bijdrage in leveren. Fouten maken mag. Grenzen aangeven ook. Iemand aanspreken op zijn gedrag ook. Zo leren we met z’n allen. En liefde is er als basis. Als zachte bedding van begrip, geduld en mededogen. Voor onszelf en voor de ander. Want jouw pijn herken ik ook. En ieder leert op zijn eigen tempo. 

Ik wens mijn dokteres toe dat ze haar meest stralende licht mag laten schijnen. En elk van jullie ook.

Van harte, 


Alleen op reis

1 maart 2023, Aljezur, Portugal. Ik vlei me met mijn zwarte T-shirt tegen een witte muur om de eerste lentewarmte te absorberen. Zo een die nét iets warmer is als bij ons. Een warmte die je lichaam doet verslappen en ontspannen, omdat het even niet moet werken tegen de kou. Voor het eerst sinds lang ben ik nog eens alleen op reis. Heerlijk. En ook al doen meer en meer mensen het, voor evenveel anderen blijft het een ongemakkelijke brug te ver. Daarom toch even deze blog. Om misschien enkele twijfelaars over de streep te trekken...

Waarom?

De eerste keer dat ik alleen op reis vertrok, was in 2008, nu 15 jaar geleden. Ik bevond me in het (uitgestelde) rouwproces rond mijn moeder, was net ontslagen, en had tijd. Ook al vond ik het spannend, ik voelde dat het me wel deugd zou doen om andere horizonten op te zoeken. Ik boekte een korte citytrip naar Lissabon (ja, Portugal ;)) en suste me met de gedachte dat, als ik echt mijn draai niet zou vinden, ik altijd op mijn kamer kon blijven zitten en boeken lezen. Maar het draaide al snel heel anders uit...

Ik begon de stad te ontdekken. En mezelf. Ik merkte dat ik het leuk vond om de verschillende buurten op te zoeken, veel te wandelen, met mijn snoet in de zon te zitten en mensen te kijken, en vooral ook, om me zo vrij te voelen ! Het was de eerste keer dat ik niet met iemand hoefde te overleggen over rechts of links, wat en hoe. Ik ervoer hoe energiebesparend dat voor me was. Elk moment kon ik beslissen. En zo werd elke dag, die met een lege agenda begon, heel organisch telkens een goed gevuld programma.

Het allerspannendste, dat weet ik nog goed, was de eerste avond alleen gaan eten. Ik was zo bang om ergens binnen te gaan dat ik uren voor de deur van een restaurant bleef dralen. Alsof het toeval me een handje hielp, kwam er na een tijdje nog zo’n eenzame toerist naast me staan. We besloten al snel om samen een tafel te delen. Hij leek even opgelucht als ik. Later zou ik vooral ‘s middags op restaurant gaan om uitgebreid te lunchen, en ‘s avonds gewoon een kleine snack. Nu laat ik de dagen gewoon op hun beloop. Soms heb ik er zin in, soms niet. Het ene moment mag het een beetje avontuur zijn, het andere moment blijf ik liever lekker gezellig in mijn coconnetje.

De voordelen

Natuurlijk is niet elke reisdag één en al rozengeur en maneschijn. Maar dat is het thuis ook niet. Zeker als ik aan mijn wereldreis denk, nu 10 jaar geleden, had die best wel wat moeilijke momenten op de teller. De kunst is om zo’n solo-reis niet alleen als een ontspannen ‘holiday’ te zien, maar telkens als een levensreis: het is een investering in jezelf, die je bij momenten misschien meer opbrengt dan de sessies bij een coach of therapeut. Waarom? Hier alvast een resem voordelen:

  • Je stapt uit je comfortzone, wat automatisch groei brengt. Ook al denk je dat het voor jou misschien een vreselijke ervaring was, dan nog heb je er iets uit geleerd (je hebt het geprobeerd!).
  • Je wordt teruggeworpen op jezelf. Je leert jezelf kennen, wat je leuk vindt en wat niet, en je leert je plan trekken. Eten en slaapplaats zoeken en/of boeken, mensen aanspreken om de weg te vragen, op pad gaan om plekjes te ontdekken, enz. Je zal versteld staan van wat je allemaal kan!
  • Je wordt aangesproken op je intuïtie. Naar rechts of naar links? Een kamer in die ene buurt of toch eerder die andere? Een afspraak of een uitstap bij die organisatie of toch liever bij die mevrouw van op de hoek? Je zal verbaasd staan hoe natuurlijk de dingen zich ontvouwen gewoon door je buikgevoel te volgen. En weerom, zelfs wanneer je denkt ‘foute’ keuzes te maken, ze zullen jou op dat moment toch ook telkens iets brengen.
  • Als je alleen reist, sta je veel meer open voor een plek en voor contact met de lokale bevolking. Zeker in continenten als Azië en Afrika zal je al snel uitgenodigd worden op de thee of voor een maaltijd. Voor het afdingen moet je jammer genoeg wel alleen je mannetje staan 🙂
  • Je leert wat vrijheid is. Ook al zijn we dat natuurlijk nooit helemaal (en speelt geld daar een grote rol in), toch kan het gezond en deugdzaam zijn om te voelen dat je keuzevrijheid hebt. Zeker als je dat nooit hebt geleerd. Je groeit in (zelf)vertrouwen en ziet (misschien) nieuwe mogelijkheden voor jezelf.

Zo buiten, zo binnen

Dat laatste puntje brengt me natuurlijk naar waar het mij in essentie om gaat: die uiterlijke reis die je daar in je eentje maakt, is evenzeer (en misschien nog meer) een reis naar binnen. Tijdens mijn wereldreis werd ik met zoveel verschillende omstandigheden en prikkels geconfronteerd (een heel jaar lang!) dat ik daar pas voor het eerste leerde wat ‘echt zacht zijn voor mezelf’ betekende. Hoe langer ik onderweg was, hoe meer ik besefte dat ‘wat’ ik deed niet zo belangrijk was, maar wel ‘hoe’ (liefdevol) ik ermee omging voor mezelf. Ik ben er zeker van dat die reis mijn bewustzijn over mezelf heeft doen toenemen. De gedachten en gevoelens die je onderweg ervaart, het ‘verplicht’ met jezelf opgescheept zijn: het zorgt bij momenten voor heel wat onmacht en ongemak, maar als je daar bij kan blijven, en je weet dat je het beste doet wat je op dat moment kan (en dat het dus allemaal niet perfect moet zijn), dan breng je een nieuwe beste vriend mee naar huis: jezelf.

Ik spreek met De Zachte Bedding vaak over die innerlijke reis die we te maken hebben: onszelf leren kennen, met onze kwetsuren en doorheen moeilijke momenten. Begrijpen waartoe sommige situaties ons willen uitnodigen. Een liefdevolle ouder worden voor de pijn en het verdriet die in ons leven. Onderweg zijn met onszelf, langs hoogtes en dalen, over open vlaktes en valleien. Vele maanden en jaren, met blauwe plekken en kleerscheuren.

Op een bepaald moment heb je zo lang gereisd, dat je aankomt bij de oceaan. Je staat stil voor haar golven, hoort haar geruis. Tranen van herkenning rollen over je wangen. Ja, die grote grote oermoeder. Die weet waar wij vandaan komen. En die weet waar wij doorheen gaan. Je opent je ogen en glimlacht. Je bent niet alleen met al je golven. Er is een plek waar ze allemaal samenkomen. Vanuit alle hoeken van de wereld. Je slaakt een zucht van verlichting en je ontspant. Je bent thuis. Eindelijk. 


Ode aan de innerlijke werkers

Het begin van een nieuw jaar verdient een thema. Een ode tegelijkertijd. 2023 is mijn ode aan alle innerlijke werkers. Jij. Ja, jij. En jij. En ook jij, die misschien niet eens weet dat hij een noeste innerlijke werker is. Ik groet jullie. En ik wil jullie eren. Naast alle prijzen en awards die jaarlijks uitgereikt worden voor alle nieuwe prestaties, oeuvres en uitvindingen, geef ik op deze nieuwjaarsdag de ridderslag aan jullie. Jullie die ook heldhaftigheden verrichten, ook al vallen ze minder op. Jullie die ook hard werken, terwijl dat in de buitenwereld misschien niet altijd zichtbaar is. Ik zie het. En ik weet hoe moeilijk en moedig het is. Dus bij deze: chapeau. Laat het maar eens goed binnenkomen. Want complimenten ontvangen is een kunst.

Openstaande vacature

Hoe die naarstige werkers herkennen, die vaak onzeker en bescheiden door het leven gaan met hun innerlijke ‘job’? Misschien zijn er ook wel een paar in jouw omgeving waarvan je niet weet hoe gedreven ze al jaren een onzichtbare carrière uitoefenen? Ik waag me aan een beschrijving. En laat dat ineens ook een openstaande vacature zijn. Want de wereld heeft nood aan innerlijke werkers. Mensen die zich met zachtheid door het leven bewegen en proberen om verbinding te maken met hun hart. Mensen die oordelen laten varen en in plaats daarvan op een dieper niveau proberen te begrijpen wat er speelt. Mensen die tijd nemen om echt te luisteren en te zijn. Wie solliciteert ?

De innerlijke werker (M/V/X) 

Hierna aangesproken als ‘hij’, maar naar believen te vervangen door ‘zij’ of ‘hij/zij’:

  • Hij, die het moedige plan opvat om als noeste kapitein zijn innerlijke wateren te bevaren. 
  • Hij, die alle hens aan dek de zeilen hijst, om zo goed en zo kwaad als het kan hevige stormen van pijn, verdriet, woede en teleurstelling te trotseren.
  • Hij, die met zachtheid en nieuwsgierigheid beetje bij beetje zijn eigen koers leert varen.
  • Hij, die zijn innerlijke kinderen -zijn jongste emoties-, die hem soms in alle hevigheid overnemen, als liefdevolle ouder leert kennen, troosten en dragen.
  • Hij, die, vastberaden een weg te banen naar zijn hart, vraagt wat zijn diepste angsten daarbij nodig hebben.
  • Hij, die wijselijk licht laat schijnen op oude vastgesleten patronen en kwetsuren in zijn familielijn.
  • Hij, die probeert te begrijpen welke lessen er in tegenslagen zitten.
  • Hij, die trouw aan zichzelf, zijn eigen ‘waarden’ spreekt en leeft.
  • Hij, die met mededogen luistert naar jouw verhaal, wetende dat hij in elk verhaal ook steeds een stukje van zichzelf herkent.
  • Hij, die met wijsheid zijn grenzen leert kennen en voor zijn lichaam zorgt, goed beseffende dat het bij momenten rust en ruimte nodig heeft.
  • Hij, die zijn kwetsbaarheid eert en hulp durft vragen wanneer het nodig is
  • Hij, die stil is, soms zo stil, omdat hij naar binnen gekeerd is, luisterend naar wat zijn hart hem te vertellen heeft.
  • Hij, die vreugde en pijn verbindt, begrijpende dat in beide liefde aanwezig is.
  • Hij, die steeds lichter en vrijer wordt, fier op wie hij is en de weg die hij aflegt.
  • Hij, die zijn dankbaarheid en liefde zo graag in de wereld wil brengen.
  • Hij, die jou wil helpen om te leren surfen op de golven van jouw leven, en te groeien in liefde en vertrouwen.
  • Hij, die jou, met alle vergaarde liefde in zijn ogen, aankijkt en zegt: “Ik ben zo blij dat jij er bent.”

Als je wil solliciteren, laat me dan zeker weten wat jouw sterktes zijn en hoeveel jaren ervaring je hebt. Anciënniteit wordt maximum in rekening genomen :) En dan stuur ik graag jouw kandidatuur de wijde wereld in. Als we nu eens een LinkedIn zouden oprichten met al onze beproevingen en innerlijk werk. Als we bovenaan op de competentieteller zelfzorg, zachtheid en levenswijsheid zetten. Wie zou er dan als CEO aan de top van onze bedrijven staan?

De chauffeur van het hart

Houden van jezelf is nog nooit zo revolutionair geweest. Anders zouden er niet zoveel lege harten zijn die nog gevuld moeten worden met macht, controle en consumptie. Achter de sluiers van die schijn-oplossingen ontwaren we lang verstoken angst, pijn en eenzaamheid. Ze wachten ongeduldig om opgehaald te worden. Door de chauffeur van ons hart. Want de allerdiepste leegtes, kunnen enkel opgevuld worden met liefde. Liefde, liefde, liefde. 

Dus laat dat mijn wens voor 2023 zijn. Dat de innerlijke werkers de wereld mogen verlichten met liefde. En als je graag wat ondersteuning wil op het pad, dan ben ik er graag voor jou. Om jouw Zachte Bedding te ontdekken, te eren en te verstevigen. Zodat alle zachte en pittige stromingen die dit jaar op je pad komen, krachtig en met vertrouwen gedragen mogen worden door de bedding van je hart.

Hart-elijke nieuwsjaarsgroet,


Rouw in het licht

Deze week lunchte mijn vriend met een collega. Die vertelde hem dat het niet zo goed ging met zijn vrouw. Haar vader was vorig jaar overleden en ze huilde nog steeds en lag ‘s nachts soms wakker. “Alé”, zei hij, “dat is nu toch raar, het is al meer dan een jaar geleden”. Ik was verbaasd over die uitspraak. Ik dacht dat de vele misvattingen over rouw stilaan de wereld uit waren, gezien de groeiende (media)aandacht voor het thema. Maar niet dus. Zo snel of eenvoudig werkt (mentaliteits)verandering niet. 

Ik herinner me zelf ook nog de commentaren en opmerkingen die ik van buitenaf kreeg: “Is dat nu nog niet gedaan, die rouw?”. Of “De wereld draait niet alleen om jou hé”. Altijd gemakkelijk gezegd, natuurlijk. En misschien zelfs niet eens zo slecht bedoeld als dat het overkomt. Maar feit is dat niemand kan voelen wat jij voelt. En in plaats van louter nieuwsgierig of empathisch te zijn, geven mensen graag hun eigen ideeën en adviezen over het onderwerp mee. Persoonlijk deden die me alleen nog maar groeien in schuld en schaamte. Later ook in boosheid, toen het duidelijk werd hoe onzeker ze mij hebben gemaakt. 

Het is dus nooit te laat om rouw nog eens extra in het licht te zetten. Dit keer niet met mis-, maar met ‘schoonheidsvattingen’. Ik zet er vier voor jullie op een rij.

1) Rouw is liefde(vol)

Hoe rauw verlies en afscheid ook zijn, het natuurlijke rouwproces dat erop volgt heeft in zijn essentie vooral met liefde te maken. Bij het heengaan van een dierbare wordt de fysieke verbinding of aanwezigheid (en daarmee gepaard de vele gewoontes en (toekomst)plannen) beëindigd, en dat is een van de meest directe aanslagen op ons hart die we in een mensenleven kunnen meemaken. De volle pijn daarvan gewaarworden toont de volle, grote en gretige liefde die we gevoeld hebben. Dat geldt niet alleen voor mensen, maar ook voor huisdieren, een job die je jarenlang met hart en ziel hebt uitgeoefend of een woonplek die je hebt moeten achterlaten. Ook al hebben we in onze maatschappij de gewoonte om ons ongemakkelijk te voelen bij onze tranen en ons verdriet, de schaamte erover is totaal misplaatst. Want wat hebben we die persoon (of situatie of plek) graag gezien! Liefde is hartstochtelijk. Rouw is dat ook. Beide stromen zijn evenwaardig, zo waardevol en onlosmakelijk met elkaar verbonden.

2) Jouw rouwproces is jouw uniek schilderij

Er zijn ondertussen al heel wat theorieën over rouw gepasseerd. Van verschillende emotionele stadia over tijdsfasen, enz. En hoewel die zeker een houvast kunnen bieden wanneer je je in een rouwproces bevindt, is het even belangrijk om ze tegelijkertijd ook weer los te laten. Net omdat geen één rouwproces hetzelfde is. Er spelen zoveel, maar echt zoveel factoren een rol: de context, de aanloop, het afscheid, de relatie, hoe je omringd bent, je persoonlijke (werk)situatie, enz. Heel veel rouwprocessen zijn niet enkelvoudig, zoals bv. het overlijden van een grootouder op een gezegende leeftijd. Daarnaast hebben de invloeden van buitenaf ook een grote impact. Een werkgever die niet begrijpt dat je nog niet goed kan functioneren, vrienden die afhaken, spanningen in het gezin, maar evenzeer ook warme steun uit onverwachte hoek, creativiteit die oppopt om uiting te geven aan je verdriet, nieuwe wegen die zich openbaren, enz. Het allerbelangrijkste is dat je doorheen jouw rouwreis zo goed als mogelijk ingetuned kan blijven op jezelf. Jij bent de schilder, jij houdt het penseel vast. Jij voelt wat je voelt, welke kleur dat heeft en welke beweging daarbij nodig is. Dag per dag. Week per week. Jaar per jaar. Jij schildert jouw unieke rouwschilderij. En dat kan nooit dat van een ander zijn.

3) Tijd danst met rouw, en rouw danst mee

Wij zijn als mensen verslaafd aan tijd. Zeker in het westen is tijd zo lineair, dat alles met een streepje op een grote lijn gemarkeerd moet worden en daarna ook weer afgevinkt. Ik keek daarnet buiten naar het ijs op de rivier. Geen enkele figuur in dat ijs is rechtlijnig. Een rechte lijn vind je gewoon niet in de natuur ! Daarom hou ik zo van de natuur als raadgever. Gezien we toch natuurlijke wezens zijn… Tijd bestaat in ons hoofd, en nergens anders. Rouwprocessen zijn zo diepgaand en fundamenteel, dat ze een even grillig en niet rechtlijnig ritme hebben als de natuur. Er staat geen eindpunt op rouw. Het is de grootste misvatting die er bestaat. Natuurlijk leer je een verlies mettertijd meer integreren in je leven, en slijten de scherpste kantjes waarschijnlijk wel af, maar alle emoties waar je doorheen gaat zijn gewoon heel normale, menselijke stromen. Verdriet, pijn, vreugde, boosheid, teleurstelling, schaamte,.... Al die emoties komen en gaan, dikwijls ook onverwacht. De golven spoelen en overspoelen ons, maar dansen en spelen ook. Ze horen bij het leven en willen ons iets vertellen.

4) Rouw gaat evenveel over het leven als over de dood

Af en toe contacteert iemand mij over een rouwproces in hun leven dat niet te maken heeft met het heengaan van een persoon. Ze vragen dan of ze bij mij wel aan het juiste adres zijn. Natuurlijk ! Rouw is zoveel breder dan de dood. Ik zou zelfs durven zeggen dat er bijna evenveel rouwprocessen ‘in het leven’ plaatsvinden. Onze jongeren van vandaag zullen dat wel weten: er zijn nog nooit zoveel echtscheidingen geweest als de laatste jaren. Dat is bikkelhard rouwen, terwijl iedereen er nog (fysiek) is. Ook de coronaperiode heeft menig relaties en (familie)banden stevig door elkaar geschud, soms met pijnlijke breuken tot gevolg. Dat zijn oók rouwprocessen. Ontslag krijgen of geven op je werk, dat vraagt soms ook om een rouwperiode. En zo zijn er nog veel voorbeelden. Aarzel niet om contact te zoeken met een coach of therapeut, wanneer je voelt dat een bepaalde situatie je onderuit haalt of op je weegt. Het is heel normaal om er tijd en ruimte aan te schenken. Want het heeft allemaal zoveel betekend…

De winter is het seizoen bij uitstek om rouw en afscheid te eren. Natuurlijk mogen we dansen van vreugde bij alle nieuwe begin-nen, relaties en projecten die op ons pad komen. Maar even natuurlijk mogen we aandacht schenken aan wat is gestopt, wat niet kon verdergaan, aan wie er niet meer is. Ik kijk naar de kale bomen, die zo mooi zijn zonder hun bladeren. Ze blijven er ook zo rustig onder. Ze vertragen hun circulatie. Ze accepteren het seizoen. Ze wachten op een nieuw begin. Opdat ook jij mag eren wie en wat op dit moment geëerd mag worden. Met welke kleur of schilderskwast dan ook…


Verlies in de lijn (2)

Het is een grijze, druilerige herfstdag. Het stilstaan bij mijn familielijn en de vele verliezen raken ook aan mijn verdriet. Ik mis mijn moeder. Ik bedenk me dat ik het nooit bewust beleefd heb, een moment met mijn moeder en vader samen. Zo eens lekker tussen hen twee op de bank zitten, veilig genesteld. Of samen aan tafel zitten en fratsen uithalen met mijn eten… Ik neem een moment om het gemis te voelen. Het te verwelkomen en met zachtheid te omarmen. Zucht. Ja, verlies. We dragen het met ons mee. Tegelijkertijd is die ervaring van verlies evenzeer een punt van verbinding als een punt van pijn. Het is net in de pijn dat je ook opnieuw verbinding kan maken. Want de pijn staat voor de liefde die er was.

Ik sluit mijn ogen en voel mijn moeder. Ik maak verbinding vanuit mijn hart. Ik voel een warme energie rond me. Ze is er niet meer, maar ze is er nog. Ons familiesysteem heeft ooit bestaan als gezin van vijf. Nu bestaat het nog steeds, ook al zijn we nog maar met twee. De energie van mijn moeder, mijn broer, mijn zus, die is niet verloren of verdwenen. Die van mijn moeders zussen ook niet. En die van mijn grootmoeder en haar moeder ook niet. We zijn zo gewend geraakt aan individualisme als levensbeeld, zelfs als levensfilosofie. Maar nu we weten dat trauma overdraagbaar is op generaties (zie vorige blog), hoe kan het dan dat al die koorden doorgeknipt zijn ? Ons levensbeeld vraagt dringend om een bijsturing. Een bijsturing in verbinding. Het beeld van een fijne koord die draadjes spant tussen ons en iedereen waarmee we verbonden zijn. Zichtbaar en onzichtbaar. In het verleden, in het nu en in de toekomst. Zie je ze ? En plots ontstaat een alles verbindend levensweb.

Systemisch werk 

Een goede manier om onze blik te verbreden is via de systeemtheorie. Deze stroming binnen de psychologie plaatst de mens steeds in een context of een systeem (zoals je gezin, school- of werkomgeving, vriendengroep, cultuur, …) om van daaruit te proberen begrijpen wat er speelt. Waar de psychologie dus vaak op het individu inzoomt, zoomt de systeemtheorie als het ware uit. Op die manier komen alle relaties in beeld, die zo bepalend zijn voor het persoonlijk functioneren. Je kan jezelf onmogelijk los zien van de ‘systemen’ waar je je in bevindt. Ook hier kan je dus dat beeld van een koord of een web gebruiken om de verbindingen te leggen. Een systeem is altijd meer dan de som van de individuen. Elk systeem is een uniek veld. Zoals een relatie, een gezin, een vriendengroep. Elk individu apart heeft een kleur. Door ze samen te voegen ontstaat er een unieke mengeling, die nooit exact hetzelfde zal zijn als een andere groep of relatie.

Een overlijden is een serieuze schok voor en verandering binnen een systeem. In mijn rouwbegeleiding krijg ik dikwijls de vraag (of speelt het verlangen) om nog in verbinding te kunnen zijn met een familielid of dierbare. Om nog iets af te kunnen ronden. Of is het net verderzetten? Mijn cliënten vragen me dan hoe ik naar het leven na de dood kijk. In mijn gevoel leggen ze er té veel hun focus op. Ik zeg dan dikwijls: “Je kan ernaar kijken zoals je wil en zoals het voor jou goed voelt, maar het is hier en nu dat je die verbinding kan leggen.”

We hoeven het niet te weten

Omdat we elke vorm van religie en spiritualiteit overboord gegooid hebben, hebben we ons in de westerse maatschappij met onze rug tegen de muur gezet. We kijken alleen nog maar voor ons (leven), naar alles wat we zien en kunnen waarnemen (en bewijzen). Alles wat achter ons ligt (dood) krijgt geen aandacht, bestaat niet meer, en dus kan je er niets meer mee doen. Het bezorgt ons een soort handicap waardoor we niet meer ten volle in onze kracht kunnen staan. De verbinding tussen beide polen is er niet. Niet buiten ons, en dikwijls ook niet in ons. Maar toch hebben we ze allebei nodig. Het is zoals dag en nacht.

Wat als we zouden accepteren dat we het misschien niet hoeven te weten, hoe het allemaal exact in elkaar zit, tussen leven en dood? Wat als we gewoon open staan voor het idee dat we vanuit ons hart nog steeds een heengegane dierbare kunnen toespreken? Dat je de woorden nog kan uitspreken die je niet kon zeggen tijdens het leven? De boodschap die je absoluut nog wou delen? En dat dat een onuitgesproken effect kan hebben op de verbinding, het draadje tussen jou en die persoon, dat niet doorgeknipt is ?

Ik hou van de kracht van intentie. Als het mijn intentie is om nog een aantal zaken uit te spreken in relatie naar mijn moeder of broer, dan geloof ik dat ik ook nu nog iets toevoeg aan de relatie. Ik laat het draadje oplichten, omdat ik er aandacht, liefde en bewustzijn in breng. Het doet er niet toe wat er dan gebeurt of niet. Het doet er toe dat wij de actie ondernemen die nodig is om de relatie met een overledene op een gezonde manier te kunnen verder zetten. Zodat er geen vacuüm stop van (onuitgesproken) woede, pijn, schuld of verdriet op de verbinding blijft zitten. Want dan stroomt er niets meer… 

Slachtofferschap vs. verantwoordelijkheid

Onze hedendaagse ‘handicap’ (het gebrek aan verbinding en meer specifiek de verbinding tussen leven en dood) maakt dat we in een zeer passieve positie zitten als het over emotionele verwerking gaat. We voelen ons hulpeloos en machteloos. Een overlijden of een andere gebeurtenis overkomt ons, alles doet pijn en we kunnen er niets aan doen. En hoe meer er gebeurt, hoe meer we schreeuwen om erkenning: 'Kijk nu eens hoe erg het is wat ik allemaal heb meegemaakt?' En pas op, begrijp me niet verkeerd, het is absoluut nodig om ervaringen en momenten van pijn en verlies te kunnen delen. Het mag bestaan en dat is gezond. Maar het is ongezond als we er jarenlang in blijven hangen zonder dat we er iets mee doen. Als we telkens opnieuw wanhopig wachten tot iemand onze pijn wegneemt, onder welke vorm dan ook (een relatie, een succesvolle job, veel likes op Facebook of heel veel shopping of andere overdaad).

Wat hebben we nodig om hierin verantwoordelijkheid te kunnen nemen? Het geloof en de kennis dat wij kunnen ‘bewegen’ met onze kwetsuren. Dat we ze in beweging kunnen brengen. Dat we er zaken aan kunnen toevoegen als het nodig is om ze een plaats te kunnen geven. Dat we actie kunnen ondernemen om onze gevoelens te uiten, intenties kunnen plaatsen en woorden kunnen uitspreken aan een dierbare, ook als die er fysiek niet meer is. Door zelf te ageren, nemen we onze kracht terug. Het is belangrijk dat we (terug) leren voelen wat we nodig hebben om met pijn en verdriet te leven, in plaats van de emoties te laten leven voor ons. We kunnen elkaar helpen door onze ervaringen met elkaar te delen en het zo meer bespreekbaar te maken.

Ik zeg tegen mijn moeder dat ik haar mis. Het blijft stil. Ik zeg het nog eens. Geen antwoord. Toch voel ik dat zij mij ook mist. Haar hart is lang geleden gestopt met kloppen. Maar haar liefde is nooit gestopt met stromen. Het draadje tussen mij en haar licht op. Heel even voel ik het. Ik steek een kaarsje aan.


Verlies in de lijn

1918. Mijn grootmoeder Wilhelmina (Mientje) was 6 toen haar moeder Jeanne stierf aan de Spaanse griep. Jeanne Le Brun was de enige dochter van Theo Le Brun en Wilhelmina Muller. Tijdens de oorlogsjaren waren Theo en Wilhelmina hun enige dochter en haar gezin gevolgd naar Normandië. Jeanne’s echtgenoot, mijn overgrootvader Laurent Keyenberg, was opgeroepen om daar als arts in een veldhospitaal te werken. Jeanne was 28 toen ze overleed. Het enorme verdriet om zijn dochter bezorgde Theo een hartkwaal waaraan hij plotseling bezweek in 1924.

Aan mijn oma werd verteld dat mama lang en ver weg was op reis. Ze woonden op dat moment nog in Frankrijk en hadden een mooi huis met een tuin en een achterpoortje. Mijn grootmoeder schreef in haar memoires, die ze mij nagelaten heeft, dat ze vanaf het overlijden van haar moeder elke dag aan het poortje stond. Te wachten tot haar moeder -hopelijk- verscheen. Ze zei dan: “En nu wordt het toch echt tijd dat mama terugkomt.” Maar Jeanne kwam niet meer terug.

Mijn grootmoeder zelf kreeg drie dochters: Anneke, Myriam en Rina (mijn moeder). Anneke was haar eerstgeborene. Ze overleed na 3 weken aan wiegendood. Myriam en Rina groeiden samen op, tot Myriam op de leeftijd van 20 plots om het leven kwam door een brutaal auto-ongeluk. Mijn moeder kwam alleen te staan. Uit latere verhalen begreep ik dat ook zij amper ruimte had om te rouwen. Thuis stond de foto van Myriam op de kast, maar er werd niet over gesproken. ‘Het was ijzig stil in huis’, schreef ze in haar dagboeken. Enkel bij haar toenmalige beste vriendin Michelle kon ze -beperkt- haar verdriet delen.

Mijn moeder kreeg ook 3 kinderen: Tineke, Hans en ik. Tineke werd geboren in 1980. Op de leeftijd van 3 werd ze ziek: een niertumor of Wilms tumor. Ze stierf op de leeftijd van 4. Ik was toen 6 maanden oud. Mijn moeder kreeg borstkanker. Haar linkerborst werd geamputeerd maar na een tijdje kwamen er uitzaaiingen. Mijn broer en ik werden opgevangen door een liefhebbend pleeggezin. We gingen op en af naar het ziekenhuis. Mijn moeder overleed op 26 november 1985. Ze was 31. Ik was twee, mijn broer drie. Mijn broer Hans stierf zes jaar geleden, op 34-jarige leeftijd, aan leukemie.

Verdriet wil kunnen bestaan

Dit is het ‘kleine’ stukje verhaal dat ik ken van mijn moeders lijn. Zoveel verlies. Zoveel -onverwerkt- verdriet. Ik word er stil van. En ik weet dat het me ook mee heeft gevormd. Een deel van mij is ook heel stil. Het is geen lege stilte, maar een diepe stilte. Een stilte die alles weet. Maar er kan niks gezegd worden, net omdat er geen woorden voor zijn. Ik eer in mijn leven veel meer de stilte dan de woorden. Ik voel mij er veel meer in thuis. 

We weten nog niet zoveel over het overdragen van trauma en onverwerkte emoties in de lijn, maar hier en daar komt er meer onderzoek over. We weten nu dat de stress en emoties die de moeder voelt tijdens de zwangerschap, rechtstreeks doorgegeven wordt aan de foetus via de placenta. De placenta laat stresshormonen door, wat zorgt voor een toename van stress-receptoren in het foetale brein. We weten ook dat er onderzoek werd gedaan naar de overdraagbaarheid van trauma: Joodse (klein)kinderen wiens (groot)ouders de horror van de Holocaust hadden meegemaakt, hadden onverklaarbare (psychische) symptomen en vertoonden dezelfde wijziging in hun genen (lees meer). ‘Epigenetische erfenis’ heet dat.

Hoever we daarin moeten duiken om het allemaal tot in detail te kennen, is voor mij van secundair belang. Wat wel belangrijk is, is om bewust te zijn van de vele pijn en verliezen die zich doorheen de jaren in verschillende generaties hebben voorgedaan. En daarbovenop, meestal werden doodgezwegen of genegeerd. Dat onverwerkt verdriet, dat wil ook kunnen bestaan. Zelfs vele jaren later. Vele kinderen, broers, zussen, moeders, vaders en grootouders zijn veel te vroeg gestorven. De mogelijkheid of emotionele rijpheid was er niet om te rouwen. Hoe mooi zou het niet zijn als wij, de bewust(er) wordende generaties, ook symbolisch ruimte kunnen geven aan al dat verdriet dat nooit werd uitgesproken ? En dan bedoel ik niet dat we tranen met tuiten moeten huilen, maar misschien kunnen we er wel over vertellen, of die verliezen eren in ons hart... 

Het is heel moeilijk om in woorden te beschrijven, maar de rouwprocessen die ik zelf heb doorgemaakt, hebben mij op een bepaalde manier ook betekenis gegeven over de rouwprocessen binnen mijn moeders lijn. Het is alsof ik mijn rouwprocessen ook opdraag aan hun verliezen. Het is alsof ik die grote stroom van onverwerkt verdriet terug tot leven breng, door mijn eigen verdriet te laten stromen. Hoe hard en hoe zwaar het bij momenten ook was en is, het geheel voelt bevrijdend, liefdevol en compleet.

De heilige stilte

Deze week kreeg ik een bijzondere e-mail. Een vrouw die ik niet ken, bedankte mij voor mijn gedichten en mijn schrijven. Ze schreef: “In je woorden, die ik lees, voel ik de stilte. Die heb ik na het overgaan van mijn dochter ook gekregen.” 

Ik antwoordde haar: “Als je het zo beschrijft, van de stilte en je dochter, dan voel ik hoe heilig dat is. Het verlies raakt ons tot in het diepste van onze ziel, en tegelijkertijd ontstaat er een soort 'heiligheid' waar we heel diep vanbinnen toegang toe krijgen. Alsof we weten waar het leven om gaat… 

Ik eer mijn overgrootmoeder Jeanne, die veel te vroeg overleed. Ik eer mijn grootmoeder Mientje, die zo jong zoveel verdriet heeft moeten dragen. Ik eer mijn moeder, die zo dapper leefde met het gemis om haar zusters, en zelf met zoveel stilte, sereniteit en wijsheid afscheid nam van haar eerste kind. Mijn eigen verdriet vindt troost en gedragenheid in het eren van al deze verhalen. In het in het licht brengen van wat nooit heeft kunnen bestaan. In de stilte die ik belichaam heeft alles zijn plaats. De heilige stilte spreekt boekdelen. 


Lichaamsgerichte wát ?

Dit voorjaar volgde ik een opleiding Lichaamsgerichte Traumatherapie in Nederland. Ik deel graag de 6 belangrijkste inzichten die ik uit deze opleiding meeneem.

1) Trauma(delen) zit(ten) vast in het verleden

Er zijn heel wat definities over trauma. Grof gezegd kan je trauma beschouwen als een kwetsuur die (als kind of volwassene) zo ernstig is (op 1 moment of over een lange periode) dat je lichaam de pijn niet bewust kan dragen en dus onderdrukt. Dat doet je lichaam ter zelfbescherming. De pijn is te groot. De delen in jou die die pijn ervaren hebben, dragen die mee. En dat zijn delen die, zoals in een shock, vast (zijn) blijven zitten in het verleden. Het is belangrijk om dat te weten, omdat we als mens dikwijls verbaasd zijn over hoe we reageren, zeker als het over intieme relaties gaat, net die verbinding waar liefde en pijn dicht bij elkaar liggen. Primair zullen die delen automatisch eerst reageren, uit angst om opnieuw pijn te voelen of gekwetst te worden. En zo hebben we (bijna) allemaal doorheen ons leven stevige muren van bescherming opgebouwd…

2) De oorzaak van trauma is niet (zo) belangrijk

Je kan je als intellectuele of rationele mens te pletter studeren over de oorzaken van je gedrag of je pijn. Verklaringen hiervoor kunnen voor een stukje verlichtend zijn, maar zijn niet de eind-oplossing. Voor jezelf kan het belangrijk te zijn om te weten wat er gebeurd is, zodat je er ook erkenning aan kan geven, maar in se, is pijn, pijn. En verdriet is verdriet. En boosheid is boosheid. Het feit dat die emoties er mogen zijn, is wat telt. Vanwaar ze komen is secundair. Belangrijk is om in het hier en nu na te gaan wat jou hindert om te functioneren, wat jou(w energie) weerhoudt om vrij te stromen.

3) Traumaconfrontatie is niet voor iedereen

Een grote misvatting in onze ‘self made’ maakbare maatschappij: niet iedereen is hetzelfde, niet iedereen heeft dezelfde veerkracht, niet iedereen begint op dezelfde plek op de ladder, en lang niet iedereen heeft een gezond netwerk/omgeving rond zich. Veel mensen weten dat er iets niet klopt in hun functioneren. Maar voor velen is het een brug te ver om daarin te duiken. En dat hebben we te respecteren. Het vraagt een combinatie van zoveel factoren om naar traumaconfrontatie te gaan. Voor wie het niet aan de orde is, is traumastabilisatie al meer dan genoeg. Kleine acties ondernemen opdat een persoon dagelijks kan blijven functioneren. Zelfs al is dat mét die verslaving die de pijn wegneemt. Dat heeft in mijn ogen niets met falen te maken. Het heeft met mens-zijn te maken. Mensen forceren om zaken te verwerken, is een pak ongezonder dan iemands ritme/mogelijkheden respecteren.

4) Traumaverwerking gebeurt IN het lichaam

Deze is voor een stuk gelinkt aan punt 2. Gezien we in onze overheersend rationele maatschappij vooral de aandacht richten op ons hoofd en wat er in ons hoofd gebeurt, is het lichaamsbewustzijn bij vele mensen ver zoek. Maar veel trauma in de kindertijd is ontstaan, toen er helemaal nog geen cognitieve/rationele ontwikkeling was. Toch heeft het een megagroot effect op ons functioneren. Waarom ? Omdat het lichaam de shock onthoudt. Omdat het lichaam en ons zenuwstelsel de pijn reguleren/tijdelijk wegstoppen. Als je aan effectieve traumaverwerking wil doen, kom je er dus nooit met psychotherapie (praattherapie) alleen. Er is ook lichaamswerk voor nodig. Want het is je lichaam dat moet kunnen voelen dat het opnieuw veilig is nu. 

5) Geen traumaverwerking zonder gezonde basis

Sommige mensen komen bij een therapeut en zeggen dat ze aan zichzelf willen werken. Dat ze die trauma’s uit het verleden willen aanpakken en oplossen. Maar zonder gezonde basis, kan dit niet. Er moet voldoende gezond draagvlak zijn om de pijn van vroeger in te ontvangen en te integreren. De fout die vele therapeuten dan ook maken, is dat ze te vlug naar het trauma gaan en er samen met de cliënt helemaal naartoe gezogen worden, terwijl het veel belangrijker is om eerst de gezonde delen te versterken. Waar geniet de cliënt van ? Wat lukt hem/haar goed in het dagelijks functioneren ? Wat doet hij/zij om zich beter te voelen ? Is er steun van buitenaf, is er zelfliefde, zijn er momenten van rust, weet de cliënt hoe hij/zij kan ontspannen ? Pas als er voldoende rust en ontspanning is (in het lichaam), kan je naar de moeilijke momenten toe gaan.

6) Je eigen liefdevolle ouder ontwikkelen

Richard C. Schwartz legt hier in zijn boek ‘Alle delen welkom’ erg de nadruk op (en er zullen vast nog wel andere boeken zijn). Het cruciale punt is om de verschillende delen in jezelf goed te leren kennen. In tegenstelling tot 1 vaste persoonlijkheid, bestaat onze identiteit uit heel veel verschillende delen, die samen een ‘Internal Family System’ (interne familie) vormen. Delen uit je jonge kindertijd, delen uit je adolescentie, maar ook verschillende volwassen delen. Die delen hebben allemaal verschillende zaken gevoeld en beleefd, en hebben ook allemaal iets te zeggen (en dat weten we dikwijls wel, door alle controverse stemmen in ons hoofd :)). De kunst is, om iedereen aan te tafel te krijgen, en je gezonde volwassen zelf aan het hoofd van de tafel te zetten. Dat deel dat hier en nu is, stevig verbonden met zichzelf, je lichaam, je hart en de aarde. Je ontwikkelt en je versterkt die innerlijke liefdevolle ouder, die nodig is om de jongere, angstige, boze en afgewezen delen te sussen en kennis uit het nu bij te brengen. Iedereen die opvoedt zal het wel weten: je voedt kinderen op met veel liefde en veel geduld. Want pas als ze weten dat het veilig is en dat er iemand voor hen is, dan zullen ze rustiger worden en ontspannen.

Dit alvast in een notedop. Nieuwsgierig naar meer ? Contacteer me gerust of laat een reactie achter. Vanuit de insteek van rouw en verlies werk ik dus ook met deze inzichten in mijn praktijk. Wees van harte welkom. En wees liefdevol voor jezelf. Nog liefdevoller dan je dacht te kunnen zijn…